Sleipnir en Thialf, de grootste kraanschepen van Heerema Marine Contractors, draaien niet meer op hun eigen motoren, maar zijn overgestapt op walstroom.
De walstroomaansluiting is mogelijk gemaakt door samenwerking tussen Eneco, Havenbedrijf Rotterdam en Heerema, met financiële steun van de Gemeente Rotterdam. Partijen die de ecologische footprint willen verkleinen, te beginnen in de Rotterdamse haven met een walstroomproject.
Win-win
De stroom voor Sleipnir en Thialf komt van windturbines op de nabijgelegen landtong, waardoor ze nu op schone energie varen! De CEO van Heerema, Koos-Jan van Brouwershaven, is trots op de stap. “Het past perfect bij onz duurzaamheidsdoelen en draagt bij aan hun missie om CO2-neutraal te zijn. De walstroomaansluiting heeft een capaciteit van 20 MW, genoeg om zo’n 15.000 huishoudens van stroom te voorzien. En als de schepen aan walstroom liggen, is er bijna geen uitstoot, fijnstof of lawaai meer. Win-win voor iedereen!”
Walstroom is gamechanger
In Rotterdam wordt serieus werk gemaakt van de overstap naar duurzame energie. Met bijna 30.000 schepen per jaar in de haven is het belangrijk om de uitstoot te verminderen. Walstroom is daarbij de gamechanger. Wethouder Arno Bonte is dan ook blij dat nu ook de offshore schepen van Heerema zijn aangesloten op de walstroominstallatie. Dit betekent minder vervuiling en meer groene energie voor de stad.
Teamprestatie
Het hele walstroomproject is het resultaat van teamwork. Sinds 2017 werken de partners keihard om het te realiseren. Deze aansluiting is een eerste grote stap vooruit. In 2030 moet 90% van de schepen in Rotterdam gebruik maken van walstroom.
